Cookie beleid V.V. Veelerveen

De website van V.V. Veelerveen is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Sponsors

De hoofdsponsor van onze club is:

Veendam 1894 2 (zon) - Veelerveen 2 (zon)

Veendam 1894 2 (zon)

4 - 0

Veelerveen 2 (zon)

Competitie

Mannen Zondag reserve (A-cat), 2, 3e klasse F

Datum

14 oktober 2012 10:00

Accommodatie

Onbekend











14 oktober 2012

 

Vage tekenen van herstel bij de Godenzondes

 

Soms is bier om kwart voor twaalf in de morgen lekker,…………………….soms niet.

Het is donderdagavond, twee minuten over tien als ik behoedzaam voor de vierde keer deze dag de vaatwasser opentrek. De hete condenslucht, die uit dat klotending komt slaat recht in mijn ogen en ik wend mijn gezicht af. Klotending, maar wel handig. Ik moet er niet aan denken om op een dag als vandaag alles met de hand te moeten afwassen en -drogen. Daar is toch geen doorkomen aan, al die gebaksbordjes, vorkjes, kopjes, bekertjes en lepeltjes. Kris was jarig en dat mocht heel Oost-Groningen weten en meevieren. Drie jaar alweer, wat een dag. Van ochtend tot avond aanloop. Cadeaus, heel veel cadeaus, bergen cadeaus en vrolijk spelende kinderen. Een geslaagde dag voor een ieder en voor Kris natuurlijk in het bijzonder, maar het betekent wél dat ik voor de derde keer in vier weken niet heb kunnen trainen en dat baart me ernstige zorgen. Pling!! Mijn telefoon die vlak naast de vaatwasser aan de oplader ligt, licht op (even voor alle blondines en Steven Mb Sonnema: het gaat hier om twee verschillende werkwoorden; te weten liggen en oplichten, maar niet bedriegen). Ik schrik er een beetje van, want ik denk te weten dat het een sms’je van Zijne excellentie de heer Van Bree zal zijn. Snel gris ik mijn telefoon van het aanrecht en lees het volgende bericht: “Zondag voetballen we uit tegen die amateurs in Veendam uit 1894!! Het wordt tijd voor onze eerste drie punten! Tegen die ouwe knarren moet dat lukken!! Aanwezig om 8.45 uur. Wees op tijd!” Einde bericht. “Wees op tijd, wees op tijd?”, denk ik bijna hardop. Wat zou hij daar nou weer mee bedoelen? Gaat er misschien een diepgaande betekenis schuil achter dat onschuldig lijkende zinnetje? Ik weet ook wel dat ik heel af en toe te laat kom. Zou dit een laatste waarschuwing zijn? Puur en alleen om tot rust te komen loop ik naar het wijnrek, hevig trillend schenk ik een glas rode wijn in en plof neer op de bank. Niet veel later ga ik naar bed. Ik hou me vast aan de gedachte dat er op zondag nooit en te nimmer meer dan twaalf Godenzondes zullen zijn.

 

Zondag 14 oktober, 8.33 uur. Ik kijk op mijn horloge en druk de Senseo aan. Nog twaalf minuten, dan moet ik in driedelig clubkostuum klaar staan op het Erik Rouppé-sportpark in Veelerveen. Net op het moment dat ik een eerste slok hete koffie probeer te nemen claxonneert Mauro Badpak als een dolle Mina om mij te laten weten dat hij er is. Hij rijdt vandaag. Ik brand zowat mijn bek van schrik, gooi geïrriteerd mijn kopje koffie in de gootsteen, pak snel mijn voetbaltas en loop naar zijn auto. Hoe krijgt hij het voor elkaar, maar goed, we mogen niet te laat komen. Als we een dikke tien minuten later het sportpark in Veelerveen oprijden is er nog geen dode hond te bekennen. Niet één sterveling, laat staan een Godenzonde. Als ik weer enige tijd later een hernieuwde poging onderneem om een slok koffie tot mij te nemen, zwaait plots met ferme kracht de kantinedeur open en ik brand voor de tweede keer deze ochtend mijn bek. Zijne excellentie de heer Van Bree. “Goedemorgen vrienden”. “Dag Thijs”, antwoorden we allemaal in koor terug. Niemand die er over begint dat die kwijlebal gewoon zelf bijna een kwartier te laat is. Ook ik zeg niks. “Hoeveel heb je Thijs?”, vraag ik stoïcijns. “Twaalf, net als altijd, inclusief mezelf, Erik”. “Ik kon donderdag echt niet trainen Thijs, echt niet”, stotter ik. “Kris was jarig en eeeh…..” “Geeft niks jongen”, stelt Zijne excellentie de heer Van Bree mij gerust. “Maak je geen zorgen, ik begin zelf gewoon weer op de bank” Ik slaak een diepe zucht en probeer een slokje hete koffie te drinken als ineens Mauro Badpak op tamelijk luide toon roept: “Als ik zo doe (hij gaat daarbij op zijn hurken zitten en probeert vervolgens met zijn handen over elkaar geslagen, zonder dat ook maar iemand begrijpt waarom, één of andere Koriaanse kozakkendans ten uitvoer te brengen; hij valt daarbij met zijn hoofd tegen de muur) dan heb ik het gevoel dat mijn vierkoppige bovenbeenstrekker wat opspeelt”. “Daarnaast krijg ik er een knallende koppijn van”. Ik brand wéér mijn bek, raap Mauro op en adviseer hem nadrukkelijk om dan maar even niet zo te doen en we vertrekken richting het immer pittoreske Veendam.

 

Na een wandeling van een minuut of acht naar veld 116 of zo, de snotverkouden Romano uit het Westen die ondertussen al proestend en roggelend een Zware Van Nelle volledig vrijwillig over de longen giert, Wim Reer die zich druk maakt over de entourage (blijkbaar had hij op een mannetje of vijfhonderd publiek gerekend), een enkeling die met de handen bij de potlood in een hoekje doelloos wat in het rond staat te gluren en een ander die, zonder dat hij het zo bedoelt, twee intrapballen richting Borgerswold kegelt, plons, dag bal, was het vervolgens nog eens een dikke vijf minuten wachten op Zijne excellentie de heer Van Bree die even rustig was gaan zitten schijten in de kleedkamer. Tweeëntwintig wachtende spelers en een leidsman ten spijt. “Wees op tijd!” Ja, ja.

 

We begonnen ronduit hoopvol aan de wedstrijd. We waren aanvankelijk zeker niet de onderliggende partij en hadden al na een minuut of vijf op voorsprong kunnen komen toen jongeling Patrick Aron Armando Ammersken vrij voor doel zette binnen de zestien. Aron faalde echter jammerlijk. Aan de andere kant was het na een kwartiertje spelen natuurlijk wel weer gewoon raak. Slecht verzorgde opbouw (bal gewoon recht in de voeten van een tegenstander) gaf Veendammer aanvaller Leon Zijlstra een niet te missen kans, 1-0. Toch bleven we ook na deze tegenslag heel behoorlijk voetballen en we kregen een aantal goede mogelijkheden om op gelijke hoogte te komen. De Veendammer goalie bleek echter een moeilijk te nemen horde. Aan de andere kant moest ook onze doelman Cherjan zich een aantal keren strekken. Rust 1-0.

 

Tijdens de rust ook nu weer de gebruikelijke tradities: Romano uit het Westen die bijna zijn corrigerende lange onderbroek vol schijt door een hoestbui van een minuut of zes, maar wel weer gewoon een tabakje of twee wegwerkt, meerdere bierwindjes, onze doelman Cherjan die zich nogal opwindt over de uitspraak van oud-minister Ben Bot, dat Nederland af moet van het nurks imago en van achter het muurtje in de douche horen we ineens een doffe dreun, gevolgd door een krachtige “AUW, ZIE JE WEL!!!” Mauro met zijn hoofd tegen het douchemuurtje gevallen. Domme jong. We geven hem gauw een Aspro 500 Bruis en vertrekken weer richting veld 116.

 

Of het nou kwam door een tactische omzetting bij de Veendammer mannen of door iets anders weet ik niet, maar feit was dat het spelpeil aan Godenzonder zijde weer een bedenkelijke werd in het tweede bedrijf. Balverlies op het middenveld leidde na een kwartiertje de 2-0 in en andermaal was het de jeugdige spits Leon Zijlstra die het vonnis voltrok door de bal handig langs de uitstormende doelman Cherjan te lepelen. Toen kort daarna onze vakbekwame koeienbevruchter Aarswin v/d Boom het blijkbaar nodig vond om een Veendammer voorwaarts onder de pennelstip te ploegen was de wedstrijd gespeeld. Nog een geluk dat onze labiele land- en vleugelverdediger Robert Rambo Sprik er niet was. Je hoort het hem gewoon zeggen: “One man down, three to go. Lieutenant!!” en je ziet hem weer stijf in het gelid huppen. Pennel, bal rechts van Cherjan, Cherjan natuurlijk weer met zijn hele hebben en houden naar links, doelpunt, 3-0. Dat we daarna vervolgens nóg een strafschop om onze goddelijke oren kregen, deed natuurlijk niet meer ter zake. Eindstand 4-0.

 

Het is zondagmiddag. Na een aantal biertjes neem ik een beetje gedesillusioneerd plaats op de achterbank van de auto van de nog steeds steen en been klagende Mauro Badpak. “Arme Mauro, hij heeft het ook niet gemakkelijk”, denk ik bij mezelf en ik kijk enigszins verdrietig door het raam naar buiten. Het begint zachtjes te regenen, hoe symbolisch. Ik weet dat we de volgende week niet in actie hoeven te komen. Inhaal/ beker. Inhalen hoeven we niet en uit de beker zijn we natuurlijk ook al lang en breed geknikkerd. Was ook al geen lol aan. En terwijl Mauro Badpak en Graatje Dekker maar blijven doorouwehoeren over hoe het eigenlijk had gemoeten, val ik heel stilletjes met een traan op mijn wang in slaap op de achterbank. Ik begin te dromen over punten, heel veel punten, bergen punten..

 

Erik Rouppé

 

Opstelling Godenzondes:

Cherjan de Wit, Wim Reer, Raging Red Bull Nonko, Aarswin v/d Boom, Erik Rouppé, De Clown (45. Zijne excellentie de heer Van Bree) Graatje Dekker, Mauro Badpak, jongeling Patrick, Romano uit het Westen, Aron Armando Ammersken

 

Statistieken:

Toeschouwers: 12

Godenzonde of the match: Graatje Dekker (was niet zo, maar dat wou hij graag)

Citaat van de dag: “Uche uche uche uche uche uche uche uche uche” (Romano uit het Westen)

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!